De gemoederen liepen dinsdag hoog op in de Zwolse rechtbank tijdens de behandeling van een meer dan anderhalf jaar oude zaak. Een machinist van Arriva zou volgens eigen zeggen op 19 oktober 2021 tien keer tegen zijn hoofd zijn geschopt op het station in Zwolle. Door het buitensporige geweld verloor hij het bewustzijn.
Twee broers, uit Zwolle en Kampen, zouden verantwoordelijk zijn voor het excessieve geweld. Ondanks dat er op dat moment veel reizigers in een rij op het perron stonden, slaagde de politie er slechts in om een handjevol getuigen te vinden. Op een na allemaal collega’s van de treinbestuurder. De advocaten van de verdachte broers geloofden hun ogen niet toen ze later de camerabeelden bekeken. Op de beelden zijn de broers te zien als ze het station verlaten met de ‘bewusteloze’ machinist op hun hielen.
Karig dossier
Het is een doorn in het oog van strafrechtadvocaat Saskia Hoogenraad, die de hoofdverdachte Jasin A. (24) uit Zwolle bijstaat. Zij noemt het een karig politieonderzoek en een strafproces dat gevoerd moet worden met een karig dossier. Ze stoort zich niet alleen aan de aantoonbaar onjuiste verklaring van de machinist.
Ook zit er een getuigenverklaring van een andere Arriva-medewerker in het dossier. Zij stond op het station nabij de winkeltjes terwijl het incident op perron 15 gebeurde. Toen de advocaat haar mocht verhoren bij de rechter-commissaris werd duidelijk dat het niet haar verklaring was maar die van een collega die naast haar stond.
Dan is er nog een getuige die naderhand telefonisch is verhoord door een politieagent. Onder de getuigenverklaring prijkt een handtekening, maar dat blijkt een krabbel te zijn van de diender. De enige getuige die niet bij Arriva werkt is een reiziger. Hij nam later contact op met de politie, maar die verklaring werd niet toegevoegd aan het strafdossier.
Volgens Hoogenraad een ontlastende verklaring voor haar cliënt. Daarbij komt dat Jasin A. direct bij de politie toegaf te hebben geslagen en ontkende de man tegen het hoofd te hebben geschopt. Zijn verhoorders zeiden hem dat hij het zelf wel zou zien als de camerabeelden binnen waren.
Ontbrekende camerabeelden
En dat is volgens Hoogenraad het volgende dingetje waar ze geen lekker gevoel bij heeft. Het grote treinstation hangt het vol met camera’s. Van die avond zijn er haarscherpe beelden in overvloed, maar cruciale beelden gemaakt op perron 15 ontbreken. Een collega van de machinist zou tijdens het opstootje Jasin A. hebben vastgegrepen, meegesleurd en op het spoor hebben gegooid. Zijn advocaat vindt het vreemd dat politie en OM hier niets mee hebben gedaan.
De advocaat vindt het meer dan voldoende om de rechtbank te verzoeken het openbaar ministerie niet ontvankelijk te verklaren. De officier van justitie verzet zich hiertegen, wel geeft hij toe dat het onderzoek door de politie niet uitblinkt in uiterste zorgvuldigheid. Na een korte schorsing besluiten de rechters om de zaak toch te behandelen.
Op de bewuste oktoberavond heeft Jasin A. samen met zijn broer Jori (26) familie bezocht in het westen van het land. Met vier volle tassen stappen ze om 20.24 uur in Den Haag in een NS-trein naar Zwolle. Om naar hun ouderlijk huis te gaan moeten ze in Zwolle overstappen om de trein naar Dalfsen te pakken.
Duw- en trekpartij
In Zwolle aangekomen haasten ze zich naar perron 15, waar de Arriva-trein naar Dalfsen staat. Om 22.15 uur checken de beide broers uit bij de NS en weer in bij Arriva-Blauwnet. Op het donkere perron zien ze een rij reizigers staan. De conducteur is daar bezig met een kaartcontrole. Iets verderop zien ze nog een man staan, de broers nemen aan dat het ook een conducteur is.
De man blijkt echter de machinist te zijn. Hij zegt dat de jongens achter in de rij moeten aansluiten. De broers die haast hebben vragen of ze niet in de trein kunnen worden gecontroleerd. Ook wordt er gezegd dat het raar is dat de machinist geen scanner heeft. “Je moet je bek houden, vieze turk,” zou de machinist hebben geroepen volgens Jasin A. “Je moet achter in de rij aansluiten.”
Er ontstaat een woordenwisseling en dan heft de machinist een paraplu boven zijn hoofd en deelt daarmee een klap uit. “Hij deed dat toen wij wegliepen,” verklaart Jasin A. Een duw- en trekpartij is het gevolg en de collega van de machinist schiet te hulp.
Heftig ding
Jorin A. wordt tegen de grond gewerkt en de machinist neemt hem in de houdgreep. De andere Arriva-medewerker trekt Jasin weg, sleurt hem mee over het perron en gooit hem op het spoor. “Als er een trein was aangekomen, dan had ik hier niet meer gezeten,” zegt Jasin A. tegen de rechters. Geen van de getuigen, allemaal in dienst bij Arriva, heeft gezien dat de machinist sloeg met een paraplu. Ook hebben ze niet gezien dat er iemand op het spoor zou zijn gegooid.
Een reiziger die in de wachtrij stond is de enige getuige die wel zag dat de machinist sloeg met de paraplu. “Dat zag er heel pijnlijk uit,” aldus de getuige. De machinist stelde dat hij wel een paraplu bij zich had, maar dat het een klein parapluutje was. De getuige zag iets anders, hij beschreef het als een paraplu van een meter lang met een punt. “Dat was best wel een heftig ding!” Ook is de treinreiziger de enige getuige die zag dat Jasin A. op de spoorrails belandde.
Op het perron ging de worsteling ondertussen door. De machinist beweert dat Jori A. hem in de houdgreep nam, Jori zegt dat het andersom was. Hij lag onderop en stompte de machinist met kracht tegen het hoofd. De machinist zegt dat hij tien keer tegen zijn hoofd is geschopt door Jasin. Ook zijn collega’s verklaren zoiets gezien te hebben. De enige getuige die het kopschoppen niet gezien heeft, is wederom de reiziger.
Zware hersenschudding
De voorzitter van de meervoudige kamer wil van de broers horen hoe het mogelijk is dat de machinist een zware hersenschudding overhield aan de geweldsuitbarsting. “Ik heb hem een klap met mijn vuist gegeven,” zegt Jasin. De rechter vraagt hem of die vuistslag tegen het hoofd van de treinbestuurder was. “Jazeker,” is het antwoord van de Zwollenaar. Ook zijn broer is er duidelijk over. “Ik lag onder hem en heb hem een paar keer op zijn hoofd gestompt.”
“Dikke lul, stik er toch in,” klinkt het dan vanaf de publieke tribune. Het zijn de woorden van de machinist van Arriva. Hij staat op, schroomt er niet voor om Gods naam te misbruiken en beent woest de rechtszaal uit. Iemand anders die op de publieke tribune zit snelt achter hem aan. Op de gang gaat het geschreeuw van de treinbestuurder nog even door terwijl de rechtszaak verdergaat. Even later keert de machinist terug in de rechtszaal.
De twee broers, met blanco strafbladen, zijn welbespraakt en doen uitvoerig uit de doeken wat er die avond allemaal gebeurde op het station. Beiden zijn hbo-studenten, vanaf het moment dat ze aangehouden werden door de politie, hebben ze toegegeven betrokken te zijn geweest bij de vechtpartij. Volgens advocaat Hoogenraad zijn ze beiden direct door de politie in de kraag gevat op de Van Karnebeekstraat en uit elkaar gehouden.
Excuus aanbieden
Bij de verhoren door de politie verklaarden ze beiden hetzelfde als in de rechtszaal. Tijdens het voorarrest van 14 dagen had Jori zoveel spijt van zijn aandeel in het geweld dat hij het kantoor van Arriva wilde benaderen om excuus en een doos chocolade aan te bieden. De officier van justitie betitelde dit als een bewijs van schuld, de advocaat ziet het als berouw omdat de broers iemand hebben geslagen.
“Wij hebben er deels aandeel in, maar als de machinist niet had geslagen met de paraplu was er niets gebeurd,” zegt Jori A. “Het is gedrag dat ik niet verwacht van een machinist.” Om de aanname weg te nemen dat de twee buitenlandse verdachten zwartreden, overhandigt advocaat Hoogenraad uitdraaien van de OV-chipkaarten aan de rechters. Beiden zijn in bezit van een studentenkaart en waren die avond ingecheckt. De jongste rechter reist vermoedelijk weinig met de trein. Pas na uitleg door Jasin A. begrijpt ze hoe het kan dat er op 22.15 uur door de broers is uitgecheckt bij de NS en in wordt gecheckt bij Blauwnet.
Dan krijgt de machinist het woord, in zijn Arriva-uniform neemt de forse man plaats in het getuigenbankje. “Die twee spelen hier de vermoorde onschuld,” zegt de treinbestuurder. Volgens hem was het zo heftig dat er een reiziger stond te huilen na afloop van de vechtpartij. “Hij stond in de wachtrij en vond het zo erg dat hij mij niet heeft geholpen.”
Emotionele schade
De machinist vertelt dat hij door de mishandeling drie maanden niet heeft kunnen werken. Naast machinist is hij ook rijinstructeur. Door de arbeidsongeschiktheid heeft hij flinke emotionele en financiële schade opgelopen. Hij eist dan ook een schadevergoeding van 23.000 euro. “Mijn leven is kapot en daar mogen ze heel trots op zijn,” zegt de machinist.
De officier van justitie gelooft er niets van dat de machinist begon met de vechtpartij. Voor hem staat vast dat de machinist tegen zijn hoofd is geschopt. Dit omdat er meerdere getuigen zijn die dat verklaren. Omdat beide mannen al 14 dagen in voorarrest hebben gezeten eist hij een gevangenisstraf van 90 dagen, waarvan 76 voorwaardelijk. Daarbij is volgens de magistraat een taakstraf van 240 uur voor beide broers gepast.
Advocaat Saskia Hoogenraad is verbaasd dat er tijdens het incident een hele rij reizigers stond te wachten op het perron. “Het was er druk en dan lukt het de politie om slechts één onafhankelijke getuige te vinden,” zegt Hoogenraad. “Het zet mijn cliënt op 4-0 achterstand.” Ze wijst de rechters opnieuw op de ontbrekende camerabeelden en de gebrekkige getuigenverklaringen. Ze vraagt dan ook om vrijspraak van Jasin A.
Veel aannames
Dick Pieter Poppe vraagt ook om vrijspraak van zijn cliënt, Jori A. “Ik zie zelden een dossier met zoveel aannames,” zegt de strafpleiter. “Er is niets zorgvuldigs aan het onderzoek en er is een verdachte op het spoor belandt.” Poppe noemt de verklaring van de machinist onbetrouwbaar. Dit omdat hij beweerde bewusteloos te zijn geraakt terwijl uit beelden blijkt dat hij achter de broers aanrent. Ook verklaarde de treinbestuurder volgens hem onjuist over het soort paraplu.
De advocaat wijst naar Jori en zegt tegen de rechter: “Het is een ielig mannetje, ik kan me niet voorstellen dat hij de machinist in de houdgreep nam.” De advocaat stoort zich er ook aan dat hij een dag voor de zitting pas te horen kreeg dat de machinist een schadevergoeding eist van 23.000 euro. Ook mist volgens hem de onderbouwing van de forse claim. Hij vraagt de rechter dan ook om de schadevergoeding niet toe te wijzen en het eventueel over te laten aan een civiele rechter.
De machinist mag van de rechters opnieuw naar voren komen om zijn schadeclaim beter te onderbouwen. De treinbestuurder doet dat niet, hij steekt opnieuw een tirade af. “Dat die advocaten vannacht nog kunnen slapen,” roept hij uit. Hij draait zijn hoofd en kijkt Hoogenraad en Poppe aan. “U moet zich doodschamen!” De rechter grijpt in en geeft het laatste woord aan de twee verdachten. “Ik hoop dat het recht zegeviert,” zegt Jasin A. De rechtbank doet over twee weken uitspraak.