Het college van de gemeente Kampen vraagt de gemeenteraad om haar mening te geven over een beleidswijziging voor speelvoorzieningen in de openbare ruimte. Kampen is een groene gemeente met veel speelveldjes met speeltoestellen. Het college stelt voor om op straat en in het groen meer ruimte te bieden voor spelen. Het aantal speeltoestellen kan dan omlaag.
Kinderen spelen buiten zodra ze de deur uitstappen. Ze spelen overal, op de stoep, op pleintjes, op speel- en grasveldjes en in bosjes of rietkragen. Ook hier zie je kinderen op veel verschillende plekken spelen. In de loop van de jaren zijn de wensen en behoeftes op dat gebied veranderd. Kinderen fietsen, klimmen en klauteren en doen zelfbedachte spelletjes. Kinderen hebben behoefte aan meer avontuurlijke speelplekken.
Het huidige speelbeleid is vooral gericht op speelveldjes met speeltoestellen. Een groot deel hiervan is nodig aan vervanging toe. Hier is veel geld voor nodig.
Wethouder Jan Peter van der Sluis: “We willen een pas op de plaats maken en samen met de wijken en dorpen onderzoeken hoe je kunt zorgen voor een openbare ruimte die uitnodigt om buiten te zijn. Niet alleen voor jonge kinderen, maar voor alle leeftijden. Voor spelen, bewegen en elkaar ontmoeten. Want we vinden het belangrijk dat jong en oud zoveel mogelijk buiten is en buiten kan bewegen. Daar dragen wij graag ons steentje aan bij.”
Uitgangspunt is het huidige budget dat nu jaarlijks voor spelen beschikbaar is. Dat betekent dat het aantal speeltoestellen omlaag moet. Bijvoorbeeld door per wijk of dorp het aantal speelveldjes met speeltoestellen terug te brengen tot enkele grotere plekken. De overige speelveldjes blijven bestaan en worden anders ingericht.
Het college wil met inwoners en organisaties in de wijken en de dorpen om tafel om goede maatwerkplannen te maken. Voor de omvorming van de speelruimte is éénmalig 4 ton extra nodig.